Waar zit het?
Het ellebooggewricht bestaat uit drie botten: het bovenarmbeen, de ellepijp en het spaakbeen. De punt van de elleboog is het uiteinde van de ellepijp. Een andere naam voor die elleboogpunt is olecranon.
Tussen het olecranon en de losse huid erboven zit een slijmbeurs of bursa. Die slijmbeurs kan je doorgaans niet voelen of zien zitten, omdat ze plat en leeg is.
Wat gebeurt er?
De slijmbeurs ontsteekt. Door die ontsteking komt er vocht in de slijmbeurs en zwelt ze op.
Meer over de elleboog
De elleboog is een gewricht. Elk gewricht is een ‘losvaste’ verbinding tussen verschillende botten: het maakt beweging mogelijk maar houdt die botten tegelijk bij elkaar. Een gewrichtskapsel en bindweefselbanden of ligamenten houden de bewegingen die je maakt binnen de perken, zodat het gewricht niet uit de kom schiet.
De elleboog bestaat uit drie botten: het bovenarmbot, de ellepijp en het spaakbeen. Elk vormt met de andere twee een afzonderlijk gewricht. Het bovenarmbot is het enige bot in de bovenarm. Het scharniert met de ellepijp en het spaakbeen, die samen de onderarm vormen. Het spaakbeen is het dunste bot van de drie. De punt van de elleboog waar je soms op steunt, is het uiteinde van de ellepijp. De Latijnse naam voor de ellepijp is de ulna, het spaakbeen is de radius en het bovenarmbot de humerus.
Op de botten zitten pezen vast. Ze zijn de uitlopers van de spieren waarmee je je arm en hand beweegt. Bijvoorbeeld, de bicepsspier doet de elleboog plooien, met de triceps kan je hem strekken.
Zenuwen doen de spieren werken, waardoor je je arm kan bewegen. Ze zorgen ook voor het gevoel in je hand en arm. De elleboogzenuw of nervus ulnaris is een belangrijke armzenuw.
Functie van de elleboog
Dankzij de elleboog kan je je arm plooien en strekken. Bovendien kan je je onderarm en hand omdraaien om hun lengteas, en daardoor de handpalm naar boven of naar onder draaien.